Een van de populairste activiteiten op de Faeröer Eilanden is de wandeling langs het hooggelegen meer Sørvágsvatn (Leitisvatn) op het eiland Vágar, richting de klif Trælanípa. In dit artikel vertel ik je meer over deze makkelijke wandelroute, de mooie plekken die je onderweg tegenkomt én de eeuwenoude verhalen die over het meer de ronde doen.
Sørvágsvatn of Leitisvatn?
Eerst iets over de naam van dit bijzondere meer op de Faeröer, want die kom je op twee verschillende manieren tegen. En dat heeft een reden. De inwoners van Sørvágur (gelegen aan de westkant) noemen het meer Sørvágsvatn, terwijl de inwoners van Miðvágur (gelegen aan de oostkant) het Leitisvatn noemen. Beide namen worden even vaak gebruikt, maar op kaarten zie je het meer meestal aangeduid staan als Sørvágsvatn. Voor het gemak gebruik ik in dit artikel dan ook deze laatstgenoemde naam.
Wat er zo bijzonder is aan Sørvágsvatn
Sørvágsvatn is met een oppervlakte van 3,4 vierkante kilometer het grootste meer op de Faeröer eilanden en ligt heel dicht bij de kust. Zó dichtbij zelfs dat water uit Sørvágsvatn op het meest zuidelijke punt bij de 30 meter hoge waterval Bøsdalafossur direct de Atlantische Oceaan in valt.
Trælanípa, de slavenklif
Voor de meeste wandelaars is Trælanípa het einddoel: een spectaculaire klif met een steile rotswand die 142 meter boven de zee uitrijst. Trælanípa betekent in het Faeröers “slavenklif”. Volgens lokale sagen wierpen de Vikingen hier vroeger opstandige en ongewenste slaven (trælar) van de klif de zee in.
Sørvágsvatn wordt ook wel het meer boven de oceaan genoemd. Vanaf de schuine rots Trælanípan lijkt het namelijk alsof het meer honderden meters boven de oceaan hangt. In werkelijkheid gaat het maar om tientallen meters, maar de optische illusie vanuit een bepaalde hoek geeft een heel ander beeld. Het is een van de meest gefotografeerde plekken op de Faeröer en wanneer je op die plek staat weet je meteen waarom.
Vanaf Trælanípa kun je ook genieten van een indrukwekkend uitzicht op de open Atlantische Oceaan en omliggende eilanden zoals (een deel van) Streymoy, Hestur, Koltur, Sandoy, Skúvoy en Suðuroy.
Wandeling langs Sørvágsvatn naar Trælanípa
Bij de start van het wandelpad naar Trælanípa is een ruime parkeerplaats die op Google Maps goed staat aangegeven als Miðvágurt to Bøsdalafossur Trail Head. Bij het kleine gebouw kun je de entree betalen; deze bedraagt DKK200 per persoon (zonder gids). Ga je liever met een gids op pad, die je alles kan vertellen over de omgeving en de sagen rondom Sørvágsvatn? Dan betaal je DKK450 per persoon.
De wandeling naar Trælanípa is 2,7 kilometer lang en duurt ongeveer 40 minuten als je in een normaal tempo doorloopt. Maar de meeste mensen stoppen onderweg meerdere keren; er zijn simpelweg te veel mooie plekken om niet even stil te staan voor een foto! Wil je zowel op de top van Trælanípa staan als de waterval Bøsdalafossur bekijken? Trek dan wat extra tijd uit.
Sagen en legendes die rondgaan over Sørvágsvatn
Rond het betoverende Sørvágsvatn doen al eeuwenlang mysterieuze verhalen de ronde. Lokale legendes vertellen over magische wezens die in het water huizen en argeloze voorbijgangers verleiden of straffen.
De nix, het mysterieuze waterwezen
De nix is een waterwezen dat van gedaante kan veranderen, vaak om mensen te misleiden en het water in te lokken. De enige manier om te ontsnappen is zijn naam uitspreken.
Een bekend verhaal vertelt over kinderen uit Sørvágur die een prachtig paard bij het meer vonden. Twee van hen sprongen op zijn rug en het paard draafde richting het water. Het jongste kind bleef achter en riep zijn broer Nick na, maar sprak de naam verkeerd uit: “broer Nix, wacht op mij!” Op dat moment veranderde de nix terug in zijn ware gedaante en verdween in het meer, waardoor de kinderen ontsnapten.
Een andere sage gaat over een geestelijke die onderweg van Miðvágur naar Sørvágur een vrouw zag die haar haren kamde op een rots. Hij herkende haar als de nix, wierp een kiezelsteen naar haar en sprak een bezwering uit. De steen veranderde in een grote rots, en hij dwong de nix erin te verdwijnen. De rots bij Vatnsoyrar herinnert nog altijd aan dit verhaal. ie goed luistert, zou de nix nog steeds horen smeken om vrijgelaten te worden.
Sinds 2017 staat er in Sørvágsvatn een standbeeld van de nix. Het kunstwerk werd gemaakt door de Faeröerse kunstenaar Pól Skarðenni.
De Huldufólk: verborgen wezens van de Faeröer
In de Faeröerse folklore spelen de Huldufólk (verborgen mensen of elfen) een grote rol. De donkerharige wezens leven in rotsen en heuvels en kunnen mensen verleiden of misleiden met hun krachten. Ze mijden kerken, daglicht en elektriciteit, waardoor ze vooral in mistige en afgelegen gebieden gevaarlijk zouden zijn.
Rond Sørvágsvatn gaat het verhaal over een Huldu-heuvel langs de weg van Miðvágur naar Sørvágur. Een priester werd ooit door een Huldu vrouw uitgenodigd om naar binnen te gaan. Bij vertrek verzegelde hij de heuvel met magie, zodat deze nooit meer geopend kon worden. Volgens de legende klinkt er sindsdien gekerm en gejammer uit de heuvel.
Faeröer eilanden ontdekken met een huurauto
De beste en tevens makkelijkste manier om de Faeröer te ontdekken is met de auto. Veel mensen weten tegenwoordig met eigen auto de eilandengroep te ontdekken; zij reizen vanuit Denemarken met de boot naar de Faeröer eilanden. Ga je liever vliegen? Dan kun je een auto huren die voor je klaar staat bij aankomst. Zelf huur ik het liefst een auto bij Sunny Cars, in verband met de all-in formule. Door deze formule ben je altijd en overal voor verzekerd. Mocht je bijvoorbeeld onverhoopt zelf schade veroorzaken dan krijg je gewoon je eigen risico terug. Dat is nog eens fijn de weg op gaan met de auto van een ander!
