Alles over de tunnels op de Faeröer eilanden
Je zou misschien denken dat reizen over de Faeröer eilanden best veel tijd kost, de eilandengroep bestaat immers uit 18 eilanden. Niets is minder waar. De Faeröerders zijn meester in het aanleggen van tunnels, waardoor je met gemak van het ene eiland naar het andere reist. Een handvol eilanden is tot nu toe alleen met de boot of met de helikopter te bereiken. Op dit moment zijn er 20 tunnels, waaronder zeetunnels en bergtunnels. De komende jaren worden er nog twee onderzeese tunnels geopend naar de meest zuidelijk gelegen eilanden Sandoy en Suðuroy. Ook staan er nog een aantal bergtunnels op de planning waardoor het rijden van verraderlijke bergpassen niet meer nodig is.
Iedere tunnel op de Faeröer eilanden is een ware bezienswaardigheid
En daar is niets aan gelogen. Of je nu door één van de oudste “1 lane” tunnels op de Faeröer eilanden rijdt of door een hypermoderne tunnel mét rotonde; iedere tunnel is een feestje. Sommige tunnels hebben gedeeltes die blauw verlicht zijn, waardoor het lijkt alsof je zeewater ziet. Echt gaaf! Het liefst zou ik middenin iedere tunnel even stil willen staan om wat foto’s te maken. Helaas, dat lukt natuurlijk niet met verkeer achter je. Niet in een ruime tunnel op de grotere eilanden maar zeker ook niet in de tunnels met 1 baan.
Langste tunnel op de Faeröer eilanden, mét rotonde
De langste tunnel op de Faeröer eilanden is op dit moment de 11,3 kilometer lange Eysturoyartunnel. Dit is de nieuwste tunnel mét rotonde, geopend in 2020. De tunnel verbindt de eilanden Streymoy en Eysturoy met elkaar. Dichtbij Eysturoy, op een diepte van 189 meter onder het wateroppervlak, vind je de rotonde in de tunnel. De rotonde is niet alleen functioneel, ook is het een plek waar kunst wordt getoond. Zo kan het zo maar zijn dat je veel verschillende foto’s online vindt van deze rotonde, steeds weer met andere kleuren en vormen. Op de rotonde in de Eysturoyartunnel kun je de afslag naar Runavik óf de afslag naar Strendur kiezen. Door de aanleg van de tunnel wordt reizen van de hoofdstad Tórshavn naar Runavik of Strendur een stuk makkelijker én sneller. Nam de rit vóór de aanleg van de tunnel nog ruim een uur in beslag, nu ben je binnen 15 minuten op de plek van bestemming.
Op een mooie tweede plek vind je de 10,8 kilometer lange Sandoyartunnilin, die in 2023 in gebruik werd genomen. De Sandoyartunnilin verbindt Streymoy met Sandoy. Direct na ingebruikname werd de veerdienst tussen beide eilanden opgeheven. Benieuwd wat je allemaal op Sandoy kunt doen? Lees dan dit artikel met 12 tips op Sandoy.
Smalste tunnels op de Faeröer eilanden
De Eysturoyartunnel is nieuw en lekker breed, maar er zijn een aantal tunnels op de Faeröer eilanden die ontzettend smal zijn. De smalste tunnels zijn de 1,7 kilometer lange Árnafjarðartunnel (1965) en de 2,1 kilometer lange Hvannasundstunnel (1967). Beiden liggen op het eiland Borðoy en zijn maar 2,8 meter breed. Eén baan dus in deze tunnels! Tevens zijn dit de twee oudste tunnels op de Faeröer eilanden.
Blokkfloytan, de bijnaam van het vijf tunnels tellende eiland Kalsoy
Tunnels met 1 rijbaan zijn ook te vinden op het eiland Kalsoy. Sterker nog, alle tunnels op dit eiland zijn nét breed genoeg voor 1 auto. Kalsoy is een van de weinige eilanden die alleen met de ferry of met de helikopter te bereiken zijn. Het eiland is lang en smal: 18 kilometer lang en op het breedste punt 3 kilometer breed. De vijf tunnels op het eiland hebben Kalsoy de bijnaam Blokkfloytan (blokfluit) gegeven. Er is maar één verbindingsweg: de 16,6 kilometer lange Kalsoyarvegur. Rij je met de auto van de haven Syðradalur naar het plaatsje Trøllanes dan breng je 5,5 kilometer, zo’n 1/3 deel van de totale route, door aan de binnenzijde van het bergmassief.
De tunnels op Kalsoy werden gebouwd tussen 1979 en 1985 en waren voor de (weinige) inwoners van Kalsoy een godsgeschenk. Geen lange, gevaarlijke tochten te voet meer over bergkammen langs diepe kliffen, door weer en wind. De langste tunnel op Kalsoy is de 2,2 kilometer lange tunnel van Mikladalur naar het verst gelegen plaatsje Trøllanes.
Nieuwe (sub)zeetunnels op de Faeröer eilanden
De hierboven al genoemde Sandoyartunnilin, die het eiland Streymoy met het zuidelijker gelegen Sandoy verbindt, is de meest recent in gebruik genomen tunnel. Het échte paradepaardje van de tunnels waar reikhalzend naar wordt uitgekeken is de Suðuroyartunnel. Deze 26 kilometer lange tunnel zal de zuidelijkst gelegen eilanden Sandoy, Skúvoy en Suðuroy met elkaar verbinden. Het duurt nog wel even voor deze tunnel echt klaar is; het plan is na 2030. Dan is er nog de Dalstunnilin, de 3 kilometer lange tunnel op Sandoy die de kustweg naar Dalur moet gaan vervangen. Als alles volgens plan verloopt wordt deze tunnel binnenkort geopend.
Regels in tunnels met 1 baan op de Faeröer eilanden
Dat het soms best spannend kan zijn in een tunnel met 1 rijbaan heb ik al eens meegemaakt in de Westfjorden van IJsland, waar de Vestfirðir tunnel halverwege van twee banen over gaat in één baan. Als je dit vooraf niet weet zit je best even met knikkende knieën achter het stuur, als je ineens lichten op je af ziet komen! Op de Faeröer eilanden wacht er geen verrassing op je in de eenrichtingsverkeer tunnels, dan ben je er op voorbereid. De regel is dat auto met een uitwijkmogelijkheid aan zijn kant gebruikt maakt van deze plek om te stoppen, om zo de tegemoetkomende auto te laten passeren. Deze turnouts vind je om de 100 meter, best vaak dus. Uitzondering op deze regel is wanneer een personenauto of een camper een vrachtwagen tegemoet rijdt. Een vrachtwagen krijgt altijd voorrang. Een personenauto of camper zal gebruik moeten maken van de eerstvolgende turnout om de vrachtwagen voorrang te geven, of deze nu aan de linkerkant of aan rechterkant van de tunnel ligt.
Tol betalen voor de tunnels op de Faeröer eilanden
Op de Faeröer eilanden betaal je voor tol voor de zeetunnels. Op deze website kun je precies zien voor welke tunnels je tol moet betalen en op welke manieren je dat kunt doen. Het is ook mogelijk om bij het huren van een auto de tol meteen ”af te kopen”.
Tips voor autorijden op de Faeröer eilanden
Op de Faeröer eilanden is het niet alleen in de tunnels net even anders dan bij ons op het Europese vasteland. Ook op de doorgaande wegen is het opletten geblazen. Er leven op de Faeröer eilanden ongeveer 80.000 schapen, die vrij lopen rondlopen. Geregeld kom je ze tegen en nee, ze gaan zeker niet altijd aan de kant. Lopen ze niet op de weg maar in de graskant, dan kan er ook zo maar eentje heel onverwacht de straat op rennen. Daarnaast moet het (dim)licht van de auto verplicht aan, ook overdag. Stijgend verkeer heeft voorrang op dalend verkeer, zoals in bijna alle bergachtige gebieden ter wereld het geval is.
Hoe start jouw reis naar de Faeröer eilanden?
Reizen naar de Faeröer eilanden kan met de ferry vanuit Denemarken of met het vliegtuig. De ferry vertrekt vanuit Hirtshals in Denemarken naar Tórshavn op de Faeröer eilanden. Je bent ongeveer 36 uur op zee en je slaapt dus twee nachten op de boot. Je kunt dan vliegen naar Denemarken (Aalborg is het handigst), met de trein naar Hirtshals reizen en vervolgens op de boot stappen. Wil je vliegen vanaf Amsterdam? Dat kan met een overstap in Kopenhagen of Billund. Bekijk de mogelijkheden op Momondo.nl. Liever met eigen auto? Dat kan ook! Rij met de auto naar Denemarken en neem deze mee op de boot naar de Faeröer eilanden.
Pakketreizen naar de Faeröer eilanden
Liever een reis die al helemaal geregeld is? Voigt Travel biedt een 11-daagse reis naar de Faeröer eilanden met eigen auto, inclusief ferry overtocht vanuit Denemarken én verblijf in verschillende accommodaties op de eilanden. Met het vliegtuig om vervolgens de eilanden te ontdekken met een huurauto is ook mogelijk. BBI Travel biedt verschillende rondreizen met een huurauto aan. Je maakt de reis op eigen gelegenheid, maar alles is vooraf goed geregeld. Makkelijk!
